25 jaar onvervalste vd Vathorst humor

zaterdag 12 december 2009 04:37 Eddy del Prado Interviews
Afdrukken

“Respect voor elkaar”, is de opvatting van Ome Jan en Tante Hennie van der Vathorst die met onvervalste Jordanese humor al 25 jaar hun Muay Thai sportschool  in de Kolenkit-buurt in Amsterdam leiden.

Hun ‘eigen’ jongens zoals Tante Hennie dat graag uitdrukt, kwamen voor die gelegenheid met hun eigen nationale vlaggen waarvan er twaalf aan de gevel van de Gym wapperen als levendig bewijs van de succesvolle multiculturele sportvereniging die vd Vathorst Gym al zo lang is.

In al die jaren heeft vd Varhorst grote vechters gehad, wie kent Rik van der Vathorst of Robby Nelson niet. En ook nu weer zijn er beloftes zoals Malic Groenberg en Bilal Hannun . Ome Jan, “Waar wij uitgenodigd worden, zijn wij altijd de bovenliggende partij. Laatst sloeg één van onze jongens een jongen van Harinck KO, dat vind ik leuk. Ik huldig het standpunt dat wij altijd vanuit de underdog positie moeten knokken, je weet wel wat ik bedoel.”

Één van zijn succesvolle vechters is achtvoudig Muay Thai kampioen Rayen Simson, die als 16 jarige jongen aan de hand van zijn moeder bij Van der Vasthorst kwam en vanaf dat moment al zijn successen en slechte momenten daar gedeeld heeft en nog steeds deelt. Dat vechters zolang bij zijn sportvereniging blijven verbaasd Ome Jan niet. Hij is eerder verontwaardigd dat vechters als ze maar even denken dat ze ‘wat’ waard zijn met zich zelf te koop lopen bij andere sportscholen. Of zoals hij dat als echte Jordanees uitdrukt, “Vechters zijn net hoeren, volgende week hebben ze een andere broekje aan.”

Ome jan toont zich een bewogen man die graag misstanden in de vechtwereld aan de orde stelt. Zo windt hij zich op over het percentage van het gage dat trainers van hun vechters nemen. “Je hebt dan van die knakenpooiers, die vragen van de verliezer die €100 voor zijn partij heeft gekregen nog 20% bij de sportschool in te leveren.”

En ook over de hoge prijs van de toegangskaartjes voor gala’s heeft hij zijn mening paraat. “Die jongens willen graag naar een groot gala, maar hoeveel kost een kaartje naar Almere en dan moeten ze nog eens €50 toegang betalen. Dat is niet te betalen voor jongens die nog op school zitten en het van vakken vullen bij de supermarkt moeten hebben”, stelt hij opgewonden vast.

Voor ome Jan draait het niet om het geld, “De jongens moeten zich hier thuis voelen.”

De sportschool is gevestigd in de oude onbewoonbaar verklaarde Bos en Lommerschool die hele buurt 25 jaar geleden heeft helpen opknappen, maar waar nu de tand des tijds zijn sporen nalaat. Het gebouwtje en enkele omliggende flats worden dan ook binnen afzienbare tijd afgebroken.

Ondertussen is Tante Hennie in gevecht met stadsdeel- en woningbouwbesturen voor een nieuw onderkomen, waarin de sportschool verder kan groeien. Daarbij wordt ze in de rug gesteund door de vele bezoeken van hoogwaardigheidsbekleders als voormalig minister Vogelaar, Aboutaleb en wethouder Lodewijk Asscher die zich allemaal kwamen warmen aan het succes van Van der Vathorst Gym in een multiculturele probleemwijk.

Tante Hennie grijpt het jubileum aan om vol trots te laten zien wat ‘haar jongens’ allemaal bereikt hebben. Want of ze nu advocaat, raadslid, politiemannen of beveiliger geworden zijn, ze hebben één ding gemeen. Ze kwamen als kleine jongens naar Van der Vathorst Gym waar Tante Hennie ze respect voor elkaars cultuur heeft bijgebracht. En dat niet alleen. “Je leert ze dat je bij de bakker niet op je blauwe ogen een brood krijgt”, vertelt ze bewogen, “Je moet een diploma halen om centjes te verdienen. Sport is bijzaak.”

Wij hopen dat Ome Jan en Tante Hennie van der Vathorst, Dennis en hun medewerkers nog vele jaren zullen doorgaan.